Waar en waarom: financiering van de handel in plastic afval

door Lucía Fraile | 2 september 2025

In ons vorige artikel gaven we een breed overzicht van de omvang en het belang van de internationale handel in plasticafval (PA). In dit stuk zullen we toelichten waarom de handel in plasticafval zo’n winstgevende sector is en welke prikkels er bestaan om dit bedrijf buiten de legaliteit uit te voeren.

Waar eindigt plasticafval?

De afgelopen jaren hebben steeds meer nieuwsmedia bericht over de plasticsector en hoe strengere regels voor PA-transporten niet voldoende zijn om de crisis in de sector aan te pakken. De crisis wordt veroorzaakt doordat de recyclingindustrie moeite heeft te concurreren met nieuwe (virgin) materialen, en door de hoge volumes plasticafval die vanuit de EU naar Turkije en landen in Zuidoost-Azië worden verhandeld (wat vanaf 2026 verboden zal worden) in plaats van nationaal te verwerken.

Kranten – zoals The New York Times – hebben onlangs een reeks onderzoeksartikelen gepubliceerd over de grote hoeveelheid illegale verzendingen van PA vanuit de VS met Maleisië als eindbestemming. NGO’s zoals Basel Action Network hebben sommige van deze zendingen weten te onderscheppen. Binnen de Nederlandse media publiceerde De Groene Amsterdammer een interessant onderzoek dat mazen in de Nederlandse handel in PA blootlegde, met name de rol van Turkije als importeur van Nederlands en Europees plasticafval. Deze maand publiceerde NL Times een artikel waarin de lage straffen werden onthuld die worden opgelegd aan criminelen die zich schuldig maken aan illegale handel in plasticafval vanuit Nederland naar Azië en Afrika.

In 2022 publiceerde de OESO[1]  het Global Plastics Outlook-rapport waarin werd onthuld dat in 2019 slechts 9% van al het PA werd gerecycled, en bijna een kwart slecht werd beheerd. Slecht beheer betekent dat plasticafval niet wordt gerecycled, verbrand of opgeslagen in afgesloten stortplaatsen. Het kan dus in open lucht worden verbrand, in open wateren worden gedumpt, of terechtkomen op onhygiënische stortplaatsen die niet aan de regelgeving voldoen. Verder voorspelde men dat bij het huidige tempo in 2060 nog steeds 83% van het PA niet gerecycled zal worden maar verbrand, gestort of slecht beheerd.

Zoals we echter zagen in ons vorige artikel, verschillen feiten en cijfers in deze sector drastisch per bron, vanwege het gebrek aan transparantie van de meeste betrokken actoren. Om dit probleem aan te pakken, zal de Europese Commissie binnenkort een digitaal systeem invoeren, DIWASS (Digital Waste Shipment System), met als doel alle grensoverschrijdende afvaltransporten door lidstaten te monitoren. Hoewel dit een belangrijke stap is, moeten we ook kijken naar hoe producenten en consumenten plasticafval behandelen, aangezien de beste manier om de handel in plasticafval te verminderen is door de productie van plasticproducten bij de bron te beperken.

Figuur 1. Nederlandse export van kunststofafval 2019-2060.

In deze figuur, opgesteld door OECD Global Plastics Outlook en geherformatteerd door Statista (2022), wordt de voorspelde verdeling van plasticafval via verschillende afvalbeheer­categorieën van 2019 tot 2060 weergegeven.

Zoals te zien in figuur 1, wordt het merendeel van het plasticafval helaas niet gerecycled. Van het niet-gerecyclede deel wordt ongeveer een vijfde verbrand, en de rest moet ergens worden opgeslagen. Als we bedenken dat het gestorte deel meer dan 600 miljoen ton PA bedraagt, zal er enorm veel ruimte nodig zijn om dit volume op te slaan. Het is dan begrijpelijk waarom landen met hoge inkomens prikkels hebben om die last uit te besteden aan landen met lagere inkomens die het voor een lagere prijs kunnen verwerken. De handel in slechte of niet-recyclebare PA buiten de EU levert hoge winstmarges op, maar is al enkele jaren illegaal. Zoals de ILT verklaarde in een recent artikel van NL Times: “op elke stap in de keten van plasticafval vinden criminele activiteiten plaats.” Er zijn veel prikkels om afval zo goedkoop mogelijk te verwerken, zelfs als dat betekent dat essentiële stappen voor correcte recycling worden overgeslagen.

Ondanks steeds strengere regels rond PA-handel en -beheer vanuit het Basel-verdrag en de Europese Unie, blijft het aandeel dat buiten de EU wordt geëxporteerd groeien. Volgens ComTrade-data is de eindbestemming van Nederlandse PA-export de afgelopen 5 jaar aanzienlijk veranderd. In 2019 bleef meer dan driekwart van de export binnen de EU. In de daaropvolgende jaren is dit aantal geleidelijk afgenomen. De meest recente data uit 2024 tonen aan dat in het afgelopen jaar ongeveer de helft van het Nederlandse geëxporteerde PA in de EU bleef, terwijl de export naar niet-OESO-landen verdrievoudigde. Deze cijfers komen overeen (met een marge van +/- 4 procentpunten) met de schattingen van medewerkers van Rijkswaterstaat (interview met een adviseur circulaire economie en afval, 2 juni 2025). Toch benadrukken alle experts dat de geregistreerde zendingen (die in deze cijfers zijn opgenomen) sterk verschillen van het totale handelsvolume.

De schommelingen in exportbestemmingen zijn waarschijnlijk te wijten aan meerdere factoren, waarvan de belangrijkste oorzaak nog onduidelijk is. Een gedeeltelijke verklaring is de drastische daling van de containertransportprijzen van Nederland naar Oost-Azië. Dit komt door de enorme toestroom van fast fashion en andere goederen van grote online retailers zoals Temu of Aliexpress. Volle containers met deze goederen komen voortdurend aan in Europese havens, maar na het lossen moeten de lege containers terug naar Azië. Omdat ze toch terug moeten, is het voordelig voor zowel PA-handelaren als Aziatische exporteurs om die containers te vullen met plasticafval. Volgens bronnen bij de ILT kost het verschepen van een container van Rotterdam naar een land in Oost-Azië momenteel ongeveer 150 dollar – veel goedkoper dan een container binnen Nederland vervoeren. Daarom is het verschepen van PA via deze handelsstroom goedkoop en wekt het geen argwaan.

Figuur 2. Nederlandse export van kunststofafval per bestemming, van 2019 tot 2024.

In deze figuur, opgesteld door Fair Resource Foundation (2025), wordt het aandeel Nederlands geëxporteerd plasticafval naar drie hoofdgebieden weergegeven: Europese Unie, niet-OESO (in dit geval Indonesië, Maleisië en Vietnam, de grootste niet-EU-importeurs van Nederlands plasticafval), en Turkije.

Hoe werkt de handel in plasticafval?

Het begint allemaal bij de productie van plastic, want alles wat nu afval is, is ooit gemaakt als product met economische waarde. Voor die plastic fles die je vorige week op het station hebt gekocht, heb je immers betaald. Dat flesje voor eenmalig gebruik was bedoeld om kort te worden gebruikt en wordt daarna afval. Afval wordt meestal gezien als iets met negatieve economische waarde. Toch kan de markt soms een economische prikkel creëren voor het verwerken van een afvalstroom.

In Nederland wordt afval uiteindelijk ingezameld door een afvalverwerkingsbedrijf. Afhankelijk van de gemeente kan het vooraf door de consument worden gescheiden of achteraf worden gesorteerd. Bij nascheiding wordt afval gesorteerd in recyclebaar en niet-recyclebaar. Het recyclebare deel wordt naar een recyclingfaciliteit gebracht, in Nederland of in het buitenland (export buiten de OESO is vanaf november 2026 niet meer toegestaan). Het niet-recyclebare deel wordt verbrand of gestort (export van niet-recyclebaar Europees PA buiten de OESO is sinds 2021 illegaal).

Recyclingbedrijven kopen recyclebaar PA om het te verwerken (bijv. hakken, wassen en smelten bij mechanische recycling) en verkopen het uiteindelijk als gerecycled plastic voor nieuwe producten. Verbrandings- en stortbedrijven worden juist betaald om niet-recyclebaar plasticafval te verwerken (interview met een medewerker van een grote Nederlandse afvalscheidings- en verbrandingsfirma, 3 april 2025).

Voor landen als Nederland is het meestal goedkoper om deze processen uit te besteden aan bedrijven in landen met lagere inkomens, vooral in Zuidoost-Azië (geen enkel land in die regio is OESO-lid) of Turkije – en nog goedkoper als de handel illegaal plaatsvindt. Gezien de steeds strengere regelgeving in de sector zullen PA-exporten naar Zuidoost-Azië (dat nu ongeveer de helft van de Nederlandse export ontvangt) over een jaar volledig illegaal zijn.

Figuur 3. Prijs van Nederlandse export van kunststofafval per bestemming (2019 tot 2024)

In deze figuur, opgesteld door de Fair Resource Foundation (2025), worden de prijsverschillen per regio weergegeven: niet-OESO (Indonesië, Maleisië en Vietnam), niet-EU (deze landen plus Turkije), en Europese Unie.

Jarenlang maakte het gebrek aan toezicht en handhaving bij de Rotterdamse haven het relatief eenvoudig om PA te exporteren, zelfs als het niet voldeed aan de regelgeving. De ILT (Inspectie Leefomgeving en Transport) en milieu-experts bevestigen dat niet-recyclebaar en vervuild plasticafval vaak vanuit Nederland naar Zuidoost-Azië en Turkije wordt gesmokkeld.

Wat zijn de prikkels om plasticafval te smokkelen?

Het doel van smokkelaars is plasticafval zo goedkoop mogelijk kwijt te raken. Ze willen hun winst niet laten verminderen door milieu-eisen die hun inkomsten zouden verlagen. Daarom sturen ze soms niet-recyclebaar, laagwaardig of zwaar vervuild plasticafval, of simpelweg ongesorteerd afval dat wordt opgegeven als schoon en recyclebaar. De ontvangers ontdekken dan dat de lading onbruikbaar is en belanden met bergen afval die niet gerecycled kunnen worden. Dit afval vervuilt vervolgens hun omgeving en bedreigt de volksgezondheid. Soms wordt nutteloos plasticafval verkocht als brandstof voor tofu-fabrieken, in rivieren gedumpt, illegaal gestort of verbrand – waarbij giftige rook vrijkomt die de lokale bevolking ziek maakt.

“Tofufabrieken in Oost-Java gebruiken plasticafval als brandstof omdat het goedkoper is dan hout, ook al produceert de rook dioxine, dat mensen, planten en dieren vergiftigt en de lucht vervuilt … Dit gebeurt dagelijks in ongeveer 60 tofufabrieken in Tropodo, die samen 60 ton tofu produceren dat in heel Indonesië wordt verspreid, ook in grote steden.”
The Guardian, mei 2025

Hoewel verzending naar Zuidoost-Azië of Turkije niet automatisch slecht beheer betekent, hebben milieuorganisaties zoals EIA en BAN talloze incidenten gedocumenteerd. Wetshandhaving in deze landen is vaak zwak en de boetes zijn laag. In Thailand is de boete voor illegaal dumpen van afval bijvoorbeeld lager dan de kosten van correcte verwerking. Lage straffen en gebrek aan controles moedigen misbruik aan.

Mensen die zich verzetten tegen illegale handel in deze landen lopen zelf gevaar. Zo kreeg een Maleisische activiste doodsbedreigingen, werd haar huis met rode verf besmeurd en werd ze door autoriteiten weggezet als iemand die “niets beters te doen had” – allemaal omdat ze haar woonplaats Jenjarom wilde beschermen tegen de giftige gevolgen van illegale afvalhandel.

Zoals we hebben gezien, ontbreekt het in de PA-sector aan fundamentele transparantie. Cijfers en processen rond Nederlands afvalbeheer en -handel zijn nauwelijks openbaar, en vertegenwoordigers van de industrie waren zelden bereid tot openheid. Alle industriële gesprekspartners ontkenden betrokken te zijn bij illegale handel, terwijl niet-industriële partners juist meerdere gevallen bevestigden. Tijdens het schrijven van dit artikel kwam er opnieuw een zaak naar buiten in Nederland: in augustus werden meerdere personen aangeklaagd voor illegale handel in plasticafval van Nederland naar Zuidoost-Azië, Turkije en Nigeria.

Vooruitblik

Na dit korte overzicht van de processen en winsten van de plastic afvalsector, gaan we het hebben over wetgeving. Zoals we in ons vorige artikel al aangaven, zal de EU in 2026 een volledig verbod op de export van plastic afval naar niet-OESO-landen invoeren. Dit kan een uitdaging zijn voor Nederland, dat in 2024 naar verluidt meer dan 40% van zijn plastic afval exporteerde naar Indonesië, Maleisië en Vietnam, die allemaal geen OESO-partners zijn. Deskundigen voorspellen dat dit verbod vergelijkbare gevolgen kan hebben als het Chinese National Sword-beleid van 2017, dat een verbod instelde op alle import van PW . Na het verbod van China (dat voorheen 72% van het wereldwijde PW en 85% van het PW uit de EU importeerde) werden veel van die PW-zendingen omgeleid naar andere gebieden (Turkije en Zuidoost-Azië), nog steeds buiten West-Europa, wat tot hetzelfde probleem leidde. In het huidige geval heeft Turkije (dat al overspoeld wordt door buitenlands afval) de kans om een groot deel van dat EU-afval op te nemen. Andere bronnen van het Nederlandse ministerie van Transport voorspellen dat exporteurs en handelaren waarschijnlijk zullen spelen met de definitie van afval, aangezien deze op grote schaal niet gestandaardiseerd is. Op deze manier zou een minimale stap verder na inzameling kunnen betekenen dat PW mag worden gecategoriseerd als (potentiële) grondstof voor recycling in plaats van afval, en dus legaal buiten het OESO-gebied kan worden geëxporteerd.

Grote spelers binnen de Nederlandse PW-exportsector (en ook andere spelers in Europa) hebben verklaard dat ze hopen dat het verbod wordt uitgesteld (persoonlijke communicatie, april tot augustus 2025). Als de wetgeving van kracht wordt, zal de smokkel waarschijnlijk toenemen, gezien de aanstaande handhaving van het verbod en het huidige onvermogen van de EU om al het PW dat zij produceert te beheren. Met de invoering van het verbod worden de prikkels voor afvalsmokkel en dubieuze praktijken alleen maar groter. Verder onderzoek naar dit onderwerp en de handhaving van effectieve maatregelen om illegale PW aan te pakken, zijn van cruciaal belang. Deze steeds restrictievere regelgeving ziet er op papier geweldig uit, maar zoals we in voorgaande jaren hebben gezien, zal ze weinig effect hebben als ze niet volledig wordt geïmplementeerd. Zonder verdere strategieën om PW-smokkel, -storting en -verbranding aan te pakken, en met grotere prikkels dan ooit gezien het EU-verbod en het huidige onvermogen van Europa om zijn eigen PW te beheren, is illegale handel een steeds grotere zorg voor de Europese instellingen en nog meer voor landen in Zuidoost-Azië en Türyike, die al overspoeld worden met buitenlandse PW.


Disclaimer: Uit respect voor de privacy van onze bronnen heeft de Fair Resource Foundation ervoor gekozen de namen van geïnterviewden in dit onderzoek niet openbaar te maken.

1 De OESO is een supranationale economische organisatie van 38 landen. Haar doel is het bevorderen van economische groei en wereldhandel. Haar leden zijn voornamelijk Europese staten, plus de Verenigde Staten, Canada, Costa Rica, Colombia, Chili, Turkije, Israël, Japan, Zuid-Korea, Australië en Nieuw-Zeeland.

More on this topic