Verpakkingen op weg naar de ‘hoogst haalbare doelen’

by Rob Buurman | 18 oktober 2013

De toekomst van het Verpakkingenbeleid wordt in binnenkort besproken in de Tweede Kamer. De regering en het bedrijfsleven zijn op weg naar de ‘hoogst haalbare doelen’, zo is in de stukken te lezen. Volgens Recycling Netwerk verwart men daarbij (opzettelijk) ‘kwaliteit’ met ‘kwantiteit’, wat de deur opent voor de afschaffing van statiegeld.

In het Algemeen Overleg, op 14 november, liggen twee notities voor: de ‘Verduurzamingsagenda verpakkingen’ van het Kennisinstituut Duurzaam Verpakken en het ‘Basisdocument Monitoring’, opgesteld door een werkgroep met vertegenwoordigers van het Ministerie I&M, gemeenten en bedrijfsleven. Beide notities zijn niet onbelangrijk voor de latere besluitvorming over de mogelijke afschaffing van statiegeld.

Monitoringproces: verbeterd en getruct

In het Basisdocument Monitoring Verpakkingen wordt in een kleine honderd pagina’s nauwkeurig omschreven hoe de meting van verschillende stromen verpakkingsafval en op de markt gebrachte verpakkingen dient te worden uitgevoerd. Recycling Netwerk vindt dat een duidelijke verbetering ten opzichte van het verpakkingenbeleid in de voorgaande twintig jaar:

“Dit kan zorgen voor veel meer transparantie, met name bij de kunststofrecycling”.

Daar staat echter wel wat tegenover. Die transparantie maakt volgens Recycling Netwerk ook duidelijk hoe de cijfers voor plasticrecycling worden “getruct”:

“Vastgesteld kan worden dat de onderhandeltechniek van de vertegenwoordigers van het bedrijfsleven de nodige vruchten heeft afgeworpen. Men wil de monitoring van de plasticrecycling zo gaan opzetten dat er onrealistisch hoge recyclingpercentages uitrollen. Als je gaat meten wat de recyclingfabriek ingaat, en niet wat er uitkomt, scoor je vanzelf een hoog cijfer. Een andere truc is het ‘hoogwaardig’ noemen van alle monostromen die uit de sorteerfabriek komen. En vervolgens wordt dat dan ook nog ‘zo hoogwaardig mogelijk’ genoemd. Op die manier wordt het wel heel gemakkelijk om te voldoen aan de belangrijkste conditie voor het vrijgeven van statiegeld (90 kton zo hoogwaardig mogelijke recycling van kunststof verpakkingen).”

Verduurzamingsagenda: zoeken naar ‘hoogst haalbare doelen’

De Verduurzamingsagenda is een voortvloeisel van de laatste Raamovereenkomst Verpakkingen, bedoeld om verdere verduurzaming van verpakkingsmaterialen (art. 3.1) en van verpakkingen (art. 3.3) te realiseren. Het vaststellen van deze agenda is een taak van het Kennisinstituut Duurzaam Verpakken (KIDV), dat ook moet vaststellen wat de “hoogst haalbare doelen” voor 2018 zijn. Uit de Verduurzamingsagenda wordt duidelijk dat het KIDV niet alleen zoekt naar de hoogst haalbare doelen, maar ook naar draagvlak hiervoor bij de verschillende stakeholders en vooral ook de branches. Men wil “met elkaar de visie bepalen”, aansluiten bij “de methoden die toonaangevende bedrijven internationaal als standaard hanteren” en “De branches zijn zelf verantwoordelijk voor de verduurzamingsplannen met daarin de hoogst haalbare doelen voor product-verpakkingscombinaties”.

Het Kennisinstituut moet de plannen vervolgens toetsen, waarbij het conform Raamovereenkomst wel gaat om verpakkingsmaterialen en verpakkingen.
In deze Verduurzamingsagenda wordt nog niet concreet ingegaan op de aanpak door branches; het is natuurlijk ook pas de eerste versie. Wat betreft de drankensector wordt wel ingegaan op twee projecten die inmiddels lopen: de ‘pilot drankenkartons’ en de ‘verhoging hergebruik PET in frisdrankflessen’.

Bij het ‘zoeken naar hoogst haalbare doelen’ lijkt statiegeld echter taboe te zijn. Statiegeld op drankenkartons, zoals dat bijvoorbeeld in Canada heel gewoon is, wordt niet onderzocht. En verder ook geen woord over het feit dat men overal ter wereld voor hergebruikt PET in frisdrankflessen grotendeels is aangewezen op statiegeldflessen.

Gerelateerde tags

MEER OVER DIT ONDERWERP